18 december 2019 • Leestijd: 6 minuten
Zit je vaak met je collega’s te vergaderen? Eindigen die vergaderingen zonder duidelijke afspraken over te nemen acties en hebben de vergaderonderwerpen weinig te maken met jouw lessen en met beter onderwijs voor jouw leerlingen? Merk je dat jullie op school heel veel aanpakken, maar weinig afmaken? Zie je dat vaak dezelfde leraren opdraaien voor acties of dat het draagvlak voor nieuwe initiatieven beperkt is? Dan is het tijd dat je met het verbeterbord aan de slag gaat.
Het werken met een verbeterbord is een gestructureerde en visuele manier om efficiënt en effectief te overleggen over onderwijsverbeteringen. Op het verbeterbord worden gerichte, door het team opgestelde doelen en acties in beeld gebracht. Hierdoor wordt het eigenaarschap en de betrokkenheid van leraren verhoogd wat leidt tot nog beter onderwijs en onderlinge saamhorigheid. Tijdens een korte, staande bordsessie van 15 minuten loopt men de verschillende onderdelen van het verbeterbord langs. Na de bordsessies volgt een werksessie waarin men samen de acties uitwerkt.
Het verbeterbord komt oorspronkelijk niet uit het onderwijs. Het komt bij de autofabrikant Toyota in Japan vandaan en het heeft in de afgelopen 50 jaar een tocht gemaakt naar talloze bedrijven, ziekenhuizen en scholen in de hele wereld waaronder honderden scholen in Nederland. Eigenlijk is het een simpel whiteboard met een vaste indeling die in de lerarenkamer hangt.
Wat doe je met dat bord? Je gebruikt het voor een wekelijkse ‘bordsessie’ met een groep leraren van maximaal 10 personen (dus een groot schoolteam wordt opgesplitst in meerdere teams met ieder een eigen verbeterbord). Zo’n bordsessie duurt niet langer dan 15 minuten en vervangt op veel scholen de lange teamvergaderingen. Aansluitend is er nog een werksessie waarin het team samen werkt aan nog beter onderwijs.
Wat doet een team tijdens zo’n bordsessie? Vijf dingen:
Na zo’n bordsessie gaat het team met elkaar aan de slag in een werksessie. Daar is in ieder geval één uur tijd voor vrijgemaakt. In dat uur praat men dus niet over het verbeteren van onderwijs maar gaan de leraren ermee aan de slag. Is het leerlingdoel op het bord ‘De leerlingen kunnen bij rekenen over 6 weken zelf hun ontwikkelingsachterstand wegwerken’, dan gaan leraren bijvoorbeeld met elkaar de lessen zó vormgeven, dat de leerlingen zich stap voor stap dat zelfstandig wegwerken eigen kan maken.
Een ‘bordsessie’ wordt door heel veel teams ervaren als een warme en effectieve manier van overleggen. Dat verklaart waarom de teams in bedrijven, ziekenhuizen en op scholen die ermee beginnen, er niet meer mee stoppen. Maar waarom is dat zo?
Daar blijft het niet bij. Op scholen die starten met verbeterborden zie je al snel andere borden verschijnen omdat het werkt om zaken visueel te maken. Bijvoorbeeld scrumborden voor organisatorische zaken of verbeterborden voor in de klas. Niet omdat dat moet, maar omdat leraren ervaren dat deze manier van werken hen helpt.
Whiteboard kopen, ophangen en klaar is Kees. Helaas, was het maar zo makkelijk. Het bord is enkel een middel om het doel van een cultuur van ‘elke dag samen een beetje beter’ te bereiken. Iedereen met een beetje ervaring weet dat het veranderen van een cultuur een enorme klus is. Drie voorbeelden van problemen die je moet overwinnen om bordsessies een effectief onderdeel te laten zijn van jullie verbetercultuur op school:
Het goede nieuws is, het werkt. Het werkt op een kleine 1.000 scholen in het basisonderwijs, middelbaar onderwijs en het mbo die op de leerkracht manier werken. En in talloze ziekenhuizen, bedrijven en andere instellingen. Zij zijn allemaal begonnen en hebben daarna hun weg gevonden. Dat gaat jullie vast ook lukken!
Wil je met het verbeterbord starten in je eigen team? Niet meer vergaderen over organisatorische zaken maar samen aan de slag met jullie lespraktijk? Nodig ons uit voor een gesprek op school. We helpen jullie graag op weg.
Door je in te schrijven ga je akkoord met ons privacybeleid en geef je toestemming om updates van Stichting leerkracht te ontvangen.