Wat is collegiale visitatie?
Een instrument waarmee personen of organisaties elkaar de spiegel voorhouden, zodat ze na visitatie over en weer een volgende stap (kunnen) zetten in het eigen ontwikkelproces (De Boer et al. (2013).
Collegiale visitatie
Bij je collega in de les kijken is zeer waardevol. En het lijkt simpel: je gaat achterin zitten en kijkt. En vervolgens bespreek je wat je gezien hebt. Maar de praktijk is weerbarstig: in een les gebeurt veel, waar focus je je dan op als observant? De leraar? Specifieke leerlingen? En hoe voer je daarna het gesprek met je collega zodat het voor jou en je collega een prettig en zinvol gesprek is? In deze blog krijg je handreikingen voor zowel de uitvoer van de lesobservatie als de nabespreking en gaan we in op de vraag hoe je er tijd voor kunt creëren.
Het krachtige van collegiale visitatie is dat je elkaar aan het werk ziet, in de lespraktijk. Want je kunt wel over onderwijs praten, maar het draait toch om de uitvoer ervan. Hoe maakt je collega bijvoorbeeld de overgang van klassikale instructie naar zelfstandige verwerking? Hoe gaat hij of zij om met leerlingen die extra aandacht nodig hebben? Of hoe bespreek je met leerlingen een toets?
Toch bezoeken leraren elkaars lessen niet vaak. Veel leraren geven aan het spannend te vinden en niet te weten hoe en wanneer ze dat moeten organiseren. Uit onderzoek van de Inspectie blijkt dat 75 procent van de leraren zelden of nooit bij een collega in de klas kijkt. En dat terwijl de inspectie ook concludeert dat scholen die een zogenaamde ‘verbetercultuur’ hebben – waarbij onder andere lesbezoeken plaatsvinden – veel meer bereiken met hun leerlingen. Tijd dus om de belangrijkste obstakels bij de hoorn te vatten en te laten zien hoe je collegiale visitatie op een goede, werkbare manier kunt vormgeven.
Stap 1: Maak het lesbezoek klein, qua tijdsduur en inhoud
Een lesobservatie is zinvol en wordt makkelijker als je goed weet wat je in de les wilt bekijken. Bespreek dit van te voren met je collega: ofwel jij hebt zelf een leervraag of jouw collega wil graag dat je naar iets specifieks kijkt. Zo doelgericht kijken heeft een aantal voordelen:
- Het geeft je focus bij het kijken. Al het andere dat je meekrijgt, kun je loslaten. Door gericht te kijken zie je meer.
- Het voelt veiliger en minder spannend aan. Je collega of jijzelf weet wat van te voren wat de ander komt bekijken. Je komt dus niet voor verrassingen te staan.
- Het zorgt ervoor dat je vaak aan een beperkte tijd genoeg hebt. Stel je wilt leren hoe je bij leerlingen voorkennis kunt ophalen, dan heb je dat waarschijnlijk in 10 minuten geobserveerd. Dat maakt het inplannen van lesbezoeken eenvoudiger.
Voor wat betreft het tijd vrijmaken om te observeren, zien wij de volgende invulling op scholen:
- Leidinggevende(n), IB-ers, coördinatoren nemen gedeelte van les over zodat de leraar elders kan observeren.
- Zet stagiaires of onderwijsassistenten in. Als jouw klas zelfstandig aan het werk is, kun je een korte tijd bij je collega kijken.
- Observeer op momenten dat jouw klas in handen is van een vakdocent, bijvoorbeeld bij gym of handvaardigheid.
- Observeer in je tussenuren, leg daarvoor roosters naast elkaar zodat je logische duo’s maakt. Roostermakers kunnen hier ook structureel rekening mee houden bij de roostering. Observeren wordt daarmee een standaard onderdeel van je werk.
- Als live observeren lastig wordt: neem les of lesgedeelte op en kijk dat later terug.
FIGUUR 1: VOORBEELD VAN EEN LESBEZOEK OBSERVATIEFORMULIER
Stap 2: Observeer met behulp van een lesobservatiemodel
Het is aan te raden om je bevindingen gestructureerd te noteren terwijl je in de klas observeert. Daarmee heb je meteen de feitelijke informatie verzameld aan de hand waarvan je het nagesprek kunt voeren. Het helpt je ook bij het objectief kijken. Hieronder zie je een voorbeeld van een structuur opgebouwd uit drie onderdelen:
A. Wat is de focus van de observatie? Waar kom je naar kijken?
B. Wat observeer je? Daarmee kijk en luister je naar wat de leraar doet en wat het effect van dit handelen op de leerlingen is.
C. Wat heb ik zelf geleerd? Wat neem ik mee naar mijn eigen lessen?
Zoals je ziet, gaat het om de feitelijke observatie, niet om jouw oordeel. Het gaat niet om wat je vindt, maar om wat je ziet of hoort. Dat maakt het voor jezelf en je collega veilig en het zorgt ervoor dat je niet discussieert over wat goed of slecht is, maar over wat het effect bij leerlingen is. Want daar draait onderwijs om.
Stap 3: Bespreek na aan de hand van een gespreksmodel
Plan zo snel mogelijk na de observatie een moment (van 15 minuten) in om het lesbezoek na te bespreken. Gebruik het observatieformulier om de feiten bij de hand te hebben. Om het gesprek prettig te laten verlopen, kun je gebruik maken van een feedbackmodel. Dat geeft structuur aan het gesprek en daarmee ook weer veiligheid.
De basis van deze vorm van feedback past bij dat wat we beschreven bij het observatieformulier: je vertelt als observant wat je hebt waargenomen en wat daarvan het effect op leerlingen was. Vervolgens krijgt de ander de ruimte om daar op te reageren en uiteindelijk help je elkaar door samen na te denken over hoe het de volgende keer nog weer beter kan of hoe de observant het kan inzetten in zijn of haar eigen les. In de video lichten we de stappen toe.
FIGUUR 2: HET FEEDBACKMODEL UITGELEGD
Bovenstaande stappen helpen enorm bij het weghalen van de spanning die er vaak rondom collegiale visitatie hangt. Als je op deze manier van elkaar gaat leren, levert dat al heel veel op en is de eerste stap richting een verbetercultuur gezet. Als dit eenmaal lekker loopt binnen het team, kun je het verder verdiepen en duurzaam maken door de collegiale observatie te koppelen aan collegiale consultatie. Daarmee maak je nog meer gebruik van elkaars kennis en vaardigheden door ook samen lessen te ontwerpen en jullie leervragen te koppelen aan de schoolbrede ambities. In het blog ‘Collegiale consultatie’ gaan we daar dieper op in.