We zien hier twee varianten, het verbeterbord en het scrum-bord. Het verbeterbord zetten docenten in om met hun klas doelgericht aan verbeteringen te werken, bijvoorbeeld leerresultaten op een bepaald gebied zoals rekenen of juist gericht op het samenwerken tussen hun leerlingen. Het scrum-bord zetten docenten vaak in voor projecten.
Dat laatste (scrum-borden voor projecten) werkt als volgt. Je deelt als eerste de klas in in kleine groepjes van 3 of 5 leerlingen. Na een uitleg over scrum ga je aan de slag. De eerste stap is dat leerlingen nadenken voor hun project wat er nodig is om dat tot een goed einde te brengen. Dat schrijven zij op post-its. Van een simpele flap papier maken ze een scrum-bord en ze hangen de post-its in de kolom ‘te doen’.
Daarna gaan ze op dezelfde manier aan de slag als we bij tip #1 beschreven voor docententeams. In de tijd die de leerlingen hebben voor projecten starten ze steeds in hun kleine teams met hun flap. Ze kijken wat af is, bespreken waar ze mee bezig zijn en bedenken of ze al tijd hebben om een nieuwe actie uit de kolom ‘te doen’ op te pakken.
Als docent heb je direct zicht op waar elk groepje staat en onderling kunnen de leerlingen ook zien waar de andere groepjes mee bezig zijn. Dat maakt het makkelijk voor jou als docent om je hulp aan te bieden waar dat nodig is, of voor leerlingen om zelf de sokken erin te zetten als ze een beetje achterlopen.
Dit werkt in alle onderwijsvormen, kijk maar eens naar deze filmpjes uit het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs: