Wisbord gebruiken als whiteboardje

De kracht van feedback

Auteur: Majorie Weistra | Leestijd: 8 minuten | Datum: 5 december 2019

Je hebt vast wel eens aan een leerling gevraagd hoe hij of zij de les of lesdag vond. Welk antwoord kreeg je? Waarschijnlijk zoiets als ‘leuk’, ‘saai’, ‘moeilijk’ of ‘wel gezellig’. Misschien heb je doorgevraagd en ben je wat meer te weten gekomen van de leerling. Feedback kan namelijk heel waardevol zijn, maar dan moet je wel weten hoe je je leerlingen feedback laat geven zodat je er wat mee kunt. In deze blog reiken we je 3 manieren aan waarmee je op een laagdrempelige en veilige manier feedback van leerlingen kunt ophalen en omzetten naar acties.


De kracht van feedback

In het onderwijs zijn we gewend om leerlingen feedback te geven. Dit doen we omdat we weten dat ze op die manier tot leren komen. Voor ons als volwassenen geldt dat net zo goed. Feedback is een krachtig instrument om je eigen handelen te verbeteren of bevestigd te worden in dat wat je doet. En aangezien jouw leerlingen je dagelijks bezig zien, is het logisch om aan hen feedback te vragen.

Er is nog een bijkomend positief effect van het betrekken van leerlingen bij het verbeteren van je lessen: het versterkt je band met leerlingen. Door feedback te vragen, stel je je kwetsbaar op. En je neemt leerlingen serieus. Dat nodigt leerlingen uit om zich ook op die manier op te stellen. Jullie staan dan beide in de leerstand. Er zit eigenlijk geen nadeel aan het ontvangen van feedback, je moet alleen wel nadenken over de manier waarop je feedback gaat vragen zodat het je echt wat oplevert.


Maar we hebben al een leerlingenraad…

Op alle scholen wordt de stem van de leerling op de een of andere manier gehoord. Vaak in de vorm van een leerlingenraad of een leerlingenquête. In de leerlingenraad zit een afvaardiging van de leerlingen. Zo’n leerlingenraad kan heel waardevol zijn om input te krijgen op het algemene reilen en zeilen van de school, maar meestal heb je er als individuele leraar niet zoveel aan. Je krijgt geen feedback op jouw lessen.

Ook nemen veel scholen leerlingenquêtes af. Bij de ene school met een heel hoog invulpercentage, omdat het tijdens schooltijd wordt afgenomen, bij de andere school met een laag invulpercentage omdat het invullen op basis van vrijwilligheid gebeurt. Ook is de motivatie om de enquête serieus in te vullen nogal wisselend. Dat hangt ook samen met de vraag of leerlingen na het invullen nog een terugkoppeling krijgen. Wat gebeurt er met de resultaten? Zo’n leerlingenquête, mits goed ingevuld, kan een mooi totaalbeeld geven van hoe leerlingen het onderwijs ervaren, maar ook hierbij geldt dat het vrij algemeen is en dat het lastig is om het als feedback op jou als leraar te lezen.

Tot slot hoor je steeds meer dat voor de beoordeling van de leraren, de leerlingen een vragenlijst invullen. Dit is meestal eenrichtingsverkeer, de leerling geeft een oordeel. We merken zelden dat dit leidt tot een gesprek in de klas. Daarnaast, vaak gaat het over een heel schooljaar en bieden de uitkomsten te weinig houvast voor jou als leraar om op lesniveau verbeteringen door te voeren.

Bovenstaande is geen pleidooi om deze instrumenten de deur uit te doen, maar er is meer mogelijk. Zodat jij als leraar er echt wat aan hebt. Sterker nog, zodat de leerling zich echt gezien en gehoord voelt.


3 manieren om feedback te krijgen waar je als leraar wat aan hebt

We geven 3 manieren van feedback vragen waarbij we steeds een stap verder gaan: van achteraf bevragen van leerlingen tot vooraf betrekken van leerlingen bij de vraag ‘wat is een goede les’. Daarbij gaat het om feedback die specifiek is, over het ‘nu’ gaat, de mogelijkheid tot het voeren van een dialoog geeft en leidt tot actie, van jou en/of de leerling.


  • 1. Formatief handelen als feedbackinstrument

Wisbord gebruiken als whiteboardjeDe meest voor de hand liggende manier om feedback van leerlingen te krijgen, is door te checken of leerlingen door jouw les(sen) tot leren komen. Dit kun je doen door regelmatig ‘checks’ in te bouwen in je les. Dat begint met het helder definiëren van het leerdoel van de les. En deze ook aan leerlingen duidelijk te maken. Vervolgens kun je met een checkvraag op verschillende momenten controleren of leerlingen op koers liggen. Dat kan bijvoorbeeld aan de hand van een whiteboardje waarop leerlingen individueel het antwoord op jouw vraag schrijven, of door een exit ticket aan het eind van de les. Dit laatste is een vorm van formatief handelen, waarbij je naast vragen over het leerdoel, ook vragen stelt over het proces. Op die manier krijgen leerlingen steeds meer zicht op waar ze staan en op wat ze nodig hebben om verder te komen. Voor het inzetten van een exit ticket zijn verschillende online tools op internet te vinden. Als je door formatief te handelen tijdens de les merkt dat leerlingen niet goed op weg zijn naar het leerdoel, dan kun je je les bijstellen. Formatief evalueren is daardoor zowel feedback voor de leerling als voor jou als leraar.


  • 2. Samen verbeteren met Lesson Study

Wil je nog gerichtere feedback, ga dan aan de slag met Lesson Study. Bij de methodiek van Lesson Study ga je samen met een collega een les ontwerpen. Bij het ontwerpen neem je een aantal specifieke leerlingen in gedachten. Dat zijn leerlingen die symbool staan voor de diversiteit die je in je klas hebt, qua niveau, gedrag of manier van leren. Vervolgens geeft één van jullie de les. Je collega kijkt mee om te zien wat het effect van de les op de leerlingen is. Na de les vindt er een gesprek plaats met de leerlingen die jullie in gedachten hadden bij het ontwerpen. Dit gesprek voert de lesgevende leraar en/of de observerende leraar. Op deze manier verzamel je feedback aan de hand waarvan je samen je collega jullie les(sen) kunnen verbeteren.
Door dit regelmatig met collega’s en leerlingen te doen, creëer je een feedbackloop aan de hand waarvan jouw lespraktijk en die van collega’s steeds beter wordt.


  • 3. Feedbackwerkvormen door de inzet van een ‘Retrospective’

Spin-vorm RetrospectiveDe inzet van een retrospective zorgt ervoor dat je van nog meer leerlingen input krijgt en dat je leerlingen een actieve rol geeft bij het verbeteren van lessen. Je blikt bij een retrospective via een bepaalde werkvorm terug op hoe een les of lessenreeks is verlopen en je gebruikt die kennis om een volgende les(senreeks) te verbeteren. Het inzetten van een retrospective wordt veel gebruikt bij bedrijven en instellingen die continu verbeteren hoog in hun vaandel hebben. Op internet zijn er tal van werkvormen te vinden die je ervoor kunt inzetten. De simpelste manier is om een flap op te hangen met een paar categorieën. Bijvoorbeeld: ‘wat werkte goed’, ‘wat werkte een beetje’ en ‘wat werkte niet’ of ‘tips’ en ‘tops’. Vervolgens schrijven leerlingen hun feedback op een post-it en hangen die bij de juiste categorie. Daarna kun je samen met de leerlingen de antwoorden clusteren en er een paar concrete verbeteracties uithalen. Maar sta vooral ook stil bij wat al goed gaat! Zorg ervoor dat je leerlingen vraagt om bij elke categorie iets te plaatsen en zo concreet mogelijk te zijn. Spreek ook een maximum aantal post-its per leerling af. Doe je dat niet, dan vraagt clusteren van hun input heel veel tijd. Varieer vooral met deze werkvorm! Dat houdt de energie erin. Je hoeft/kan dit waarschijnlijk niet elke les doen, maar wel regelmatig. Het nabespreken is waardevol zodat je leerlingen zelf ook betrekt bij het uitvoeren van verbeterideeën, verbeteringen hoeven niet allemaal acties te zijn van jou als leraar, leerlingen kunnen ook helpen.