Als dat geen rolmodel is: een algemeen directeur als leerKRACHT-coach
Een paar maanden geleden hoorde ik iets geks: er zou een algemeen directeur van een scholengroep zijn die leerKRACHT-coach was op één van zijn eigen scholen. Dat was vreemd. Normaal zijn onze coaches leraar of schoolleider vanuit de school zelf. Maar een bovenschools manager, nee, dat hadden we nog niet meegemaakt. Niet in Nederland tenminste. Dat is wel anders als je naar regio’s gaat met echt toponderwijs, zoals Ontario. Bovenschoolse managers zijn daar enorm actief in het begeleiden van hun scholen in het creëren van een verbetercultuur. Maar zover zijn we nog niet in Nederland. Daarom wilde ik meer weten van Erik en interviewde hem. Dit is zijn verhaal.
Wie ben je Erik en waarom ben je leerKRACHT-coach?
Ik ben sinds een jaar algemeen directeur en plaatsvervangend voorzitter College van Bestuur van CPOW, een scholengroep met 15 basisscholen in de regio Purmerend. 13 van onze 15 scholen doen mee met leerKRACHT. Toen ik hier startte wilde ik heel graag verbinding met onze teams. Niet alleen maar kort scholen bezoeken. Door mee te lopen weet je pas echt wat er speelt. Dan ervaar je bijvoorbeeld hoe lastig het is om bij elkaar in de klas te gaan kijken en elkaar feedback te geven. En als leerKRACHT-coach begeleid ik nu ‘De Rietlanden’ op Marken, die net startte met leerKRACHT.
Is dat niet lastig voor het team of de schoolleider?
In het begin best wel. Voor de schoolleider ben je niet alleen de coach, maar ook diegene die de jaarlijkse beoordeling doet. Gelukkig is mijn schoolleider Ingrid van Koningsbruggen zelf ook leerKRACHT-coach (op andere scholen) en ik kan van haar enorm veel leren. Het team pakt het ook goed op. Er was bijvoorbeeld een teamsessie waar ze niet tevreden over waren. Daar hebben ze me toen feedback op gegeven. Ik leerde ervan en maakte hen een compliment dat ze mij feedback gaven. Als bestuurder is voorbeeldgedrag essentieel. Laten zien dat je zelf in staat bent om te leren.
Wat leer jezelf van het leerKRACHT-coach zijn?
Veel dingen die ik meteen in mijn werk kan toepassen. Bijvoorbeeld het belang van het creëren van onderling vertrouwen. Als er nu in een gesprek of een vergadering iets niet goed gaat dan stop ik en vraag ‘Hoe gaat het met ons?’ of ‘Wat speelt hier?’. Dan kun je daarover praten. Of een ander voorbeeld, ik heb geleerd hoe verschillend mensen denken over dezelfde begrippen. Bijvoorbeeld ‘leerlingen zijn taakgericht’. Dan denk je dat je het onderling eens bent wat dat is, maar daar kom je pas echt achter als je beelden verzamelt. Doe je dat niet, dan gebeurt er niet wat je hoopte.
Wat hebben jullie eraan als bestuur of staf?
We zijn zelf op een hele andere manier gaan werken. Dat was al gestart voordat ik kwam. De directeuren van onze scholen bereiden ons Directieberaad voor en leiden de bijeenkomst, wij schuiven als bestuur aan. Zo nemen onze directeuren – samen met ons – de verantwoording voor de hele stichting. Mooi als ik dat vergelijk met hoe het vaak gaat: een bestuurder die voorzit en directeuren die een vergadering over zich heen gestort krijgen. En natuurlijk zijn we ook met ons bestuurskantoor zo bezig. We werken met een verbeterbord en denken continu na wat wij kunnen betekenen voor onze scholen.
Wat betekent het voor jullie beleid?
Wij zetten heel sterk in op met leraren en met leerlingen verbeteren. Met leraren doen we op de leerKRACHT-manier. Dat betekent dat we scholen ruimte geven, successen met andere scholen laten delen en zo hen inspireren om ook zo te gaan werken. En als scholen eenmaal zo werken, dan is het belangrijk dat je hen blijft inspireren. We organiseren met een ander bestuur, Zaan Primair, verdiepingsmodules en inspiratiebijeenkomsten. Dat is belangrijk, anders wordt het sleets. Maar deze manier van werken past ook heel goed bij onze ambitie voor onze leerlingen. We willen dat zij zelfredzaam zijn, samenwerken en reflecteren. Het verbeterbord in de klas past daar heel goed bij. Leerlingen nemen dan zelf het initiatief.
Wat wil je nog delen met andere bestuurders?
Neem tijd om op scholen deel uit te maken van situaties waarin wordt bepaald wat goed onderwijs is. Je maakt zo écht deel uit van het proces dat op de scholen plaatsvindt. Daar leer je zelf veel van. Je hebt er veel plezier van in je directieteam en met de staf. En je hele scholengroep wordt er beter van.
Wat zijn jullie ervaringen met bestuurders of bovenschoolse directeuren die sterk betrokken zijn bij hun leraren en leerlingen? Hoe geven zij inhoud geven aan deze betrokkenheid? Ben benieuwd!