Wat is onderwijskwaliteit?
Onderwijskwaliteit is de bijdrage die een school levert aan de ontwikkeling van een leerling op drie gebieden: kwalificatie, persoonsvorming en socialisatie. Daarbij kun je drie lagen onderscheiden: de basiskwaliteit (waar de inspectie op toetst), additionele eisen en verwachtingen (die door de politiek zijn gesteld) en de schooleigen ambitie.
Hoe vergroot je de onderwijskwaliteit in het voortgezet onderwijs?
Al jaren gaat de kwaliteit van het Nederlands onderwijs achteruit. Daarnaast neemt de kansenongelijkheid toe. En de kwaliteitsverschillen tussen scholen zijn groot. Onderzoek na onderzoek laat zien hoe je het positieve verschil kan maken: schoolleiding en docenten die samen het onderwijs verbeteren. Daardoor bereikt een school meer met hun leerlingen én neemt het werkplezier toe. Er is een bewezen aanpak die zo’n verbetercultuur op scholen creëert. In deze blog lees je waarom een verbetercultuur nodig is, wat het oplevert en hoe ook jouw school ermee kan starten.
De achteruitgang van de kwaliteit van ons onderwijs
Al ruim een decennium wordt ons onderwijs minder goed. Waren we in 2008 nog één van de landen met de beste leesvaardigheid van Europa, nu dreigt laaggeletterdheid voor 25 procent van alle 15-jarigen [1, 2]. Met de andere kernvakken is het nauwelijks beter gesteld. Tegelijkertijd is de kloof tussen kinderen van hoog- en laagopgeleide ouders in de afgelopen 15 jaar verdubbeld. Kinderen van hoogopgeleide ouders scoren bij wiskunde op het niveau van toplanden zoals Japan en China. Kinderen van laagopgeleide ouders hebben een leesvaardigheid vergelijkbaar met leerlingen in Jordanië en Moldavië.
Verder zijn de verschillen in kwaliteit van scholen bijna nergens zo groot is als in Nederland. Dan hebben we niet over scholen in achterstandswijken maar over scholen in het hele land. De Onderwijsinspectie ziet die verschillen al jaren toenemen. Opgelopen achterstanden halen kinderen volgens de Inspectie niet meer in.
Wat is nodig om onderwijskwaliteit in het voortgezet onderwijs te vergroten?
Een verbetercultuur op school
Wat zorgt voor het verschil tussen scholen die méér bereiken met hun leerlingen en scholen die kinderen minder kansen bieden? Zowel de Inspectie als McKinsey deden hier onderzoek naar. Hun conclusies zijn dezelfde: goede scholen hebben een verbetercultuur. Een cultuur waarin het docententeam en de schoolleiding intensief samenwerken aan onderwijs en doelgericht het onderwijs beter en beter maken [3, 4].
FIGUUR 1: VERSCHILLEN TUSSEN SCHOLEN PER LAND
Hoe kun je zo’n verbetercultuur op jouw vo-school creëren?
De impact van leerKRACHT
Stichting leerKRACHT ontwikkelde en testte in 2012 met 15 scholen een aanpak om zo’n verbetercultuur op school te creëren. Er werken nu 1.000 Nederlandse basisscholen, middelbare scholen en mbo-opleidingen met leerKRACHT. Dit doen zij niet omdat het moet, maar omdat zij dit zelf willen. Omdat docenten en leidinggevenden elkaar vertellen over wat het effect is van zo werken: meer werkplezier, betrokken leerlingen en beter onderwijs.
Het ministerie van onderwijs organiseerde een onderzoek om vast te stellen wat het effect is van deze manier van werken. De Universiteit Utrecht deed daarvoor drie jaar onderzoek op 231 scholen die deelnemen aan leerKRACHT. Hun conclusie: scholen creëren met de leerKRACHT-aanpak binnen één jaar een lerende cultuur en docenten worden in datzelfde jaar al aantoonbaar beter in hun vak [5].
FIGUUR 2: UITKOMST ONDERZOEK INSPECTIE NAAR SCHOOLVERSCHILLEN IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS
FIGUUR 3: ONDERZOEK MCKINSEY: 10 FACTOREN DIE BOVENGEMIDDELDE SCHOLEN TOEPASSEN
Starten met een verbetercultuur op jouw vo-school?
Zorg eerst voor een werkbare teamindeling én focus
Veranderen is nooit makkelijk. Maar als je als team echt gelooft dat een verbetercultuur jullie als docenten gaat helpen om het nog beter onderwijs te creëren voor jullie leerlingen, dan heb je al een belangrijke stap gezet. We zien dat er vervolgens nog twee obstakels te nemen zijn in het voortgezet onderwijs: teamindeling en tijd.
Kleine teams rond groepen leerlingen
Je organiseert je in kleinere teams om het meeste te bereiken voor je leerlingen. Welke teamindeling is daarvoor nodig? Dat zijn er twee. De eerste is rond groepen leerlingen. Dat kan een team zijn voor een niveau (bijvoorbeeld Havo), een team voor een bouw (bijv. Onderbouw Havo), of een team voor een enkel leerjaar (bijv. de brugklas). Naast deze teams rond groepen leerlingen is een tweede indeling nodig rond het vak: de sectie.
Waarom zijn we zo stellig dat je teams nodig hebt rond groepen leerlingen? Dat is een combinatie van ervaring en onderzoek. In een verbetercultuur stel je de leerlinggerichte doelen. En dat gaat beter als je volledig verantwoordelijk bent voor een groep van – zeg – 60 tot 80 – leerlingen. Als je primaire indeling in secties is, dan deel je die verantwoordelijkheid voor de leerlingen met andere teams. Dat werkt minder goed. Als je daar meer onderzoek over wilt lezen, dan raden we je het werk van Ben van der Hilst aan: Onderzoek naar teamgericht organiseren in het onderwijs [6].
Welke teamindeling rond groepen leerlingen je kiest, hangt af van het aantal docenten in een niveau (bijv. de Havo). Dat aantal is al snel meer dan het ideaal van 6 tot 8 personen in een team. Grotere teams leiden tot een lagere betrokkenheid van de teamleden. Als er bijvoorbeeld 30 docenten lesgeven aan de Havo, dan moet je zo’n team verder opsplitsen. Dat kan horizontaal en verticaal. Horizontaal is per bouw of nog kleiner, per leerjaar. Verticaal is nog sterker: dan formeer je teams die elk een groep leerlingen begeleiden van het eerste tot het laatste jaar van de Havo. Dat geeft maximale betrokkenheid.
En de sectie dan? Die is belangrijk voor het onderhouden van je vak. Als het leerlinggerichte team wekelijks samenkomt, dan kun je bijvoorbeeld met de sectie eens per maand samenkomen.
Tijd creëren door focus
Om te samen te verbeteren, heb je tijd nodig. Tijd om samen met je collega’s aan verbeteringen te werken, om bij elkaar in de les te kijken, lessen samen voor te bereiden, leerlingen om feedback te vragen. Hoe je dat creëert, heb je al kunnen lezen in het verhaal van het Trajectum: keuzes maken !
Allereerst door als compleet docententeam keuzes te maken voor wat in het komend schooljaar belangrijk is om te verbeteren voor jullie leerlingen . . Je kunt niet met alles tegelijk aan de slag. Door dit als focus te nemen, besluit je ook waar je geen tijd instopt. Klinkt als een open deur, maar hoe goed hebben jullie dat op school afgebakend? Weten jij en je collega’s waar jullie de komende periode op willen focussen?
De andere manier om tijd te creëren, is door kritisch te kijken naar jullie overlegstructuur. In de leerKRACHT-methodiek houden teams wekelijks bordsessies. Dat zijn korte (15 minuten) vergaderingen waar je – staand rond een whiteboard – je doelen en acties naloopt. Daarna ga je in een werksessie van een 1 tot 1,5 uur samen aan de slag met de acties op het bord om te werken aan jullie lespraktijk. Op deze manier vergader je niet over organisatorische zaken, maar werk je samen aan onderwijs.
En de organisatorische zaken? Die handel je af per mail of laat je over aan werkgroepjes. De tijd van het team is te belangrijk om daar lang bij stil te staan.
Tot slot: hoe kun je de eerste stap naar zo’n verbetercultuur zetten?
De sleutel ligt op school. Docenten, schoolleiding en bestuurders kunnen vandaag nog aan de slag met een verbetercultuur in hun school of instelling. Inspiratie nodig? Ga (virtueel) kijken op één van de 1.000 scholen die met leerKRACHT werkt, nodig ons uit voor een gesprek of lees dit artikel over verbetercultuur met drie praktische handvatten.
Kortom, er is volop reden om in beweging te komen. We weten wat nodig is. We zien dat het kan. Voor de leerlingen op jouw school en voor je eigen werkplezier. Daarmee geven we miljoenen kinderen de kansen die zij verdienen.