Bestuurder: besteed je onderwijskwaliteit uit aan de Inspectie of neem je het heft in handen?
Door Jaap Versfelt
Deze blog is voor bestuurders met hart voor onderwijs. Bestuurders die onderwijskwaliteit niet uitbesteden aan de Inspectie. Bestuurders die graag de handen uit de mouwen steken om het onderwijs op hun scholen beter te maken.
Ben je er zo één? Lees dan door!
Jij wilt het onderwijs verbeteren. Maar er zijn veel zaken die het werken lastig maken. Leraren werken graag aan beter onderwijs, maar vragen daarbij om meer ruimte en autonomie. Schoolleiders vragen extra middelen om het onderwijs te verbeteren en de werkdruk te verlagen, maar willen niet dat je je met de inhoud bemoeit.
Tegelijkertijd voert de Onderwijsinspectie de druk op. Je wordt door hen aangesproken op onderwijskwaliteit. Vanaf augustus 2017 kijken ze ook of er op jouw scholen een verbetercultuur is. Van het bestuur tot in de klas. De Inspecteur-Generaal heeft al laten weten dat veel meer scholen zwak verklaard zullen worden. Dat kan ook jouw scholen treffen.
Het goede nieuws: als je dit ervaart sta je niet alleen. Veel onderwijsorganisaties en bedrijven hebben hier een oplossing voor gevonden
Die oplossing is een cultuur van ‘elke dag samen een beetje beter’.
Zo’n cultuur is niet nieuw. Als je gaat kijken naar landen en regio’s met nog veel beter onderwijs dan het onze – zoals Ontario, Massachusetts, Finland, Singapore en Estland – dan zie je scholen met zo’n cultuur. En in steeds meer Nederlandse bedrijven en ziekenhuizen werkt dit net zo. Daar heet deze manier van werken ‘Lean’ of ‘Agile-Scrum’. Het is een beproefde manier van werken.
In een verbetercultuur leren leraren van elkaar en verbeteren samen het onderwijs. Ondersteund door hun schoolleider. En betrekken zij alle leerlingen op school bij het verbeteren van lessen.
De impact die scholen daarmee bereiken is zo groot dat na de start met 15 scholen in 2012 er ondertussen meer dan 1.200 middelbare scholen, basisscholen, MBO-opleidingen, Pabo’s en lerarenopleidingen met de leerKRACHT-methode werken. Daarnaast zijn tientallen teams van de Onderwijsinspectie en het Ministerie van OCW met leerKRACHT gestart.
Elke dag samen een beetje beter
Met zo’n cultuur van ‘elke dag samen een beetje beter’ wordt het onderwijs beter, krijg je de werkdruk op school onder controle en raken leraren en hun leerlingen meer betrokken bij de onderwijsontwikkeling. Tegelijkertijd zijn je scholen robuust voor het nieuwe Inspectiekader.
Het creëren van zo’n cultuur is niet eenvoudig en vraagt om actieve ondersteuning van schoolleiders door hun bestuurders, opleidingsmanagers en bovenschoolse directeuren. De vraag is hoe hoe kun je zo’n cultuur in je scholen creëren?
In deze blog schets ik 7 stappen. Met stap 1 tot en met 4 kan iedereen vandaag nog aan de slag. Stappen 5 tot en met 7 zijn voor gevorderden.
Hoe goed is jullie onderwijs echt? Wat ervaren leerlingen? Wat vinden ouders ervan? Waarom beleven leraren zoveel werkdruk? In rapporten ga je het antwoord niet vinden. Je kunt het vragen aan collega’s, maar wat je dan hoort is een slap aftreksel van de werkelijkheid. Er zijn maar een paar plekken waar je het antwoord gaat vinden: in de klas, de leerlingenkantine en in de lerarenkamer.
Maar is dat dan niet gek zo’n bestuurder die rondklost in de school? Wat moet de schoolleider wel denken?
Nee, dat is niet gek. Sterker nog, op veel leerKRACHT-scholen wordt het steeds gewoner. Als je echt wilt weten hoe het zit, dan moet je in de praktijk gaan kijken. In bedrijven werkt dat net zo. Fabrieksdirecteuren die kwaliteit verbeteren herken je doordat je ze ziet kijken bij de productielijn.
Hoe kun jij dat doen?
Dat kan op veel manieren. Laat me er eentje noemen: volg eens een hele dag één klas met leerlingen. Dat is wat ik als eerste deed toen ik met leerKRACHT startte. Ik liep een dag mee met Havo 4C op een middelbare school in Den Haag.
De schellen vielen van mijn ogen.
Bij de eerste les, Duits, ging het fantastisch. Wat een leuke les! De leerlingen waren betrokken en deden hun best. Maar in het 2e uur bij Wiskunde ging het helemaal mis. Ik heb de leraar 250 keer ‘ssst’ horen zeggen. Met en zonder stemverheffing, armgebaren en af en toe met een rood hoofd. Het was dezelfde klas Havo 4c…
En daarna tijdens de pauze in de lerarenkamer? Denk je dat deze leraren hun ervaring met Havo 4c bespraken en elkaar gingen helpen? Nee dus. Wat een ramp voor die Wiskunde-docent en zijn leerlingen.
Wat vertelde de schoolleider mij daarna over professionalisering: ‘Ja, dat doen we, met intervisie’. Maar ik had in de klas gezien hoeveel leraren nog van elkaar konden leren. Ga daarom zelf kijken en stel vast wat er gebeurt.
Stap 2: Weg met die suffe directievergaderingen
Als je wilt dat er op school iets verbetert zou je het ze kunnen vertellen. Doe dit of doe dat! Misschien dat de schoolleider beleefd naar je luistert, maar de kans dat de leraren iets gaan doen is niet zo groot.
Dat wordt heel anders is als ze zien dat jij zelf het goede voorbeeld geeft. ‘Zo, hij meent het echt!’
Hoe kun je dat doen?
Jullie organiseren ongetwijfeld met regelmaat een directievergadering met bestuur en schoolleiders samen. Die duren vast een uur of twee. Jullie bepalen als bestuur het grootste deel van de agenda. Met allemaal belangrijke punten waar jullie de schoolleiders over moeten informeren.
Maar kijk eens om je heen? Hoe energiek zit iedereen erbij in die vergadering? Zijn de directeuren wel echt betrokken? Denken ze met jullie mee? Komen ze zelf wel met ideeën? Voelen ze zich verantwoordelijk voor de genomen besluiten?
Als dat tegenvalt: waar ligt dat dan aan? Aan hen?
Als je betrokken, actieve en initiatiefrijke schoolleiders wilt, dan moet jij iets veranderen. Dat kan heel makkelijk, maar vergt lef: ga in het directieoverleg aan de slag met het leerKRACHT-verbeterbord.
Een mooi voorbeeld is CPOW, een bestuur voor basisonderwijs in Noord-Holland. Daar hebben ze directievergadering vervangen door een bordsessie. Zo’n bordsessie duurt een kwartier. Schoolleiders bereiden die voor en leiden om de beurt deze bijeenkomsten.
Dat is even wennen: je kunt niet meer een agenda opstellen met punten die jij bedenkt. Je verliest controle, maar je wint eigenaarschap bij je schoolleiders. Je zult merken dat ze je gaan helpen de stichting te leiden.
Bovendien, zien jouw schoolleiders je het goede voorbeeld geven. En je weet, goed voorbeeld doet volgen.
Stap 3. Zorg dat een paar van je scholen met een verbetercultuur starten
Als je je organisatie wilt meekrijgen in deze verandering moeten er eerst een paar scholen over de brug komen. Die successen gaan behalen met ‘elke dag samen een beetje beter’. En als de eerste scholen over de brug zijn, volgen er meer. Dat is onze ervaring na vijf jaar leerKRACHT. Dat is ook de ervaring van veel bedrijven en ziekenhuizen.
Maar hoe doe je dat? Je kunt ze als bestuurder niet dwingen. Dat gaat immers niet samen met meer eigenaarschap bij lerarenteams: ‘jullie moeten meer eigenaarschap vertonen!’ Hoor je het jezelf al zeggen? Nee dus.
Dan maar via het pad der verleiding? Waar loop je dan tegenaan? Allereerst dat deze manier van werken lang ‘nice to have’ was. Scholen kwamen makkelijk weg bij de Inspectie, die verklaarde minder dan 1% ‘zwak’.
Bovendien, elke dag samen verbeteren is een hoop gedoe. Veel leraren denken ‘er is al zoveel werkdruk en nu ook dit nog?! Samenwerken met mijn collega’s? Ik weet het niet. Straks zitten ze bij mij achter in de klas en gaan ze me vertellen wat er allemaal fout gaat. Dat voelt niet veilig.’
Hoe krijg je ze dan toch mee?
Ik ken maar één manier: ga met ze kijken.
Neem schoolleiders daarom mee naar andere scholen in de buurt die al zo werken. Ga daar met leraren en schoolleiders praten. Horen wat het effect is op hen, op het team en op de leerlingen.
Trouwens, ga niet alleen met schoolleiders, neem ook een paar leraren mee. Anders zit de schoolleider daarna in d’r eentje op een school met al die enthousiaste verhalen.
Hoe doe jij dit als bestuurder?
Pols een paar van je schoolleiders en ga met hen en een paar van hun leraren op stap. Op onze website staat een kaart met ruim 1.200 leerKRACHT-scholen. Zoek er eentje in je buurt, bel ze op en vraag of je langs mag komen. Ik weet zeker dat ze je met plezier ontvangen!
Stap 4. Laat je leraren op studiedagen van elkaar leren
Jullie organiseren vast studiedagen voor alle schoolleiders en leraren. Vaak komt er dan een externe ‘expert’ die jouw mensen moet inspireren.
Maar, geef je zo wel het goede signaal?
Er is immers zoveel bijzonders dat jouw eigen leraren kunnen en doen. Waarom laat je hen niet zelf hun verhalen met collega’s delen op die studiedagen?
Hoe?
Huur geen ruimte af maar huur een bus. En laat die bussen van school naar school rijden. Waar leraren in hun klas andere leraren laten zien waar ze trots op zijn.
Werkt dat?
Reken maar! Laat me een voorbeeld geven van buiten het onderwijs.
In Zweden hebben ze dat gedaan met chirurgen. Wat was het probleem: na knieoperaties waren er veel hersteloperaties nodig. Dat is naar voor patiënten en kost veel geld.
Hoe hebben ze dat opgelost? Door de beste chirurg het nog eens aan de rest uit te laten leggen? Door een superchirurg in te vliegen uit Amerika? Nee. De artsen organiseerden bijeenkomsten. Waar zij aan de dinertafel met collega-artsen mochten pochen over hoe zij knieoperaties uitvoerden.
Het effect? Na deze bijeenkomsten daalde het aantal hersteloperaties met 40%.
Het kan dus simpel: laat praktijkmensen elkaar inspireren.
We hebben al veel besproken in de eerste 4 stappen in deze blog. Allemaal praktische stappen waar je direct mee kunt beginnen. Maar nu gaan we over naar het stevigere werk. Wat doe je als je al de eerste stappen hebt gezet? Hoe creëer je een verbetercultuur in je hele organisatie? Daarover gaan de volgende 3 stappen.
Stap 5. Bouw interne coach-capaciteit op
Elk bedrijf dat aan de slag gaat met ‘lean’, ‘agile-scrum’ (of hoe ze hun verbetercultuur ook noemen) investeert in eigen coaches.
Waarom? Omdat in zo’n verbetercultuur leren werken best lastig is. Omdat blijvend verbeteren aandacht nodig heeft.
Wat doen die coaches?
Ze helpen teams op te starten met ‘elke dag samen een beetje beter’. Ze organiseren dat teams van andere teams leren. Ze coachen teamleiders in deze manier van werken. Ze stimuleren nieuwe teams om mee te komen doen.
Dat werkt in bedrijven en in het onderwijs ook. Daarom zeggen wij tegen scholen die met leerKRACHT willen starten: ‘prima, maar alleen als je je eigen coach vrijmaakt’. Dat geeft vertrouwen dat alle inspanning van de school niet een tijdelijk effect heeft, maar duurzaam onderdeel wordt van de schoolcultuur.
Hoeveel van die eigen schoolcoaches heb je nodig?
In bedrijven zien we meestal 1 zo’n interne coach per 200 medewerkers. Als jij een bestuur bent met 300 of 400 leraren dan heb je het dus over 1 of 2 coaches.
Hoe kom je aan deze mensen?
Die train je ‘on the job’. Er bestaat geen boek of cursus waar je uit kunt halen hoe je een team ‘elke dag samen een beetje beter’ leert werken. Maak daarom een paar goede leraren, IB’ers, conrectoren of teamleiders voor 1 of 2 dagen per week vrij en laat ze aan de slag gaan met teams. Zo leren ze vanzelf hoe dit werkt.
Stap 6. Het moment dat de vrijwilligheid eraf gaat
Ik neem je mee naar Oosterbeek. Daar staat de eerste Albert Heijn winkel die in 2015 startte met ‘Iedere Dag Beter’. Zij gingen aan de slag met verbeterborden. De trotse supermarktmanager mocht een paar maanden later op regionale bijeenkomsten vertellen hoe goed dit werkte.
De verwachting was dat er snel meer winkels zouden volgen. Er gebeurde echter niets. Een half jaar later was er geen enkele winkel die het voorbeeld van Oosterbeek had gevolgd. Geeneen.
Waarom?
Het lag niet aan het resultaat in Oosterbeek. Dat was goed: klanten werden meer tevreden, medewerkers ook. Bovendien gingen de kosten omlaag.
Wat was er aan de hand? Heel simpel: de jubelverhalen van de supermarktmanager werden niet geloofd. Het sentiment was ‘ja ja, het zal wel, dit moet je zeker vertellen van de regiodirecteur’.
Een half jaar later deden 75 winkels mee.
Wat was er gebeurd?
Ze stopten met verhalen vertellen. Albert Heijn nam haar supermarktmanagers mee naar Oosterbeek en liet ze praten met medewerkers van de groente- of broodafdeling. Deze medewerkers vertelden wat ze meemaakten; dat ‘Iedere Dag Beter’ écht werkt. Voor hun klanten, voor de winkel, voor hun team en voor henzelf.
Die verhalen geloofden ze wel. Een half jaar later deden 75 winkels mee. Helemaal vrijwillig.
Maar blijft dat zo, die vrijwilligheid?
Stel dat jij 15 scholen hebt, waarvan er over een paar jaar de helft met een verbetercultuur werkt. Die scholen laten zien dat leraren beter worden, de werkdruk vermindert, leerlingen meer betrokken raken en het onderwijs verbetert. Blijft het dan een vrijwillige keuze om zo te gaan werken of niet?
Er komt een moment dat je samen constateert dat iets echt werkt. Dat gun je alle leraren en leerlingen. Bovendien, een cultuur maak je samen, niet met de helft van je scholen.
Dit is het moment waarop jij als bestuurder richting moet geven. Waarbij het bewijs overweldigend is. Wanneer dat moment komt? Dat merk je zelf wel. Heb dan de moed door te zetten.
Stap 7. Blijf je mensen verrassen
Om een cultuur te borgen moet je blijven inspireren en het goede voorbeeld geven.
Schoolleiders zien jou de klas in gaan, aansluiten bij bijeenkomsten van lerarenteams, jouw eigen directiebijeenkomsten met verbeterborden uitvoeren. De studiebijeenkomsten met alle leraren in het bestuur zijn interactief en laten leraren van elkaar leren.
Is dat voldoende?
Nee, dit gaat na een paar jaar vervelen. Dat zie je ook in bedrijven. Wil je teams blijvend inspireren dan is er meer nodig. Wat? Laat me een paar suggesties doen, maar gebruik vooral je eigen fantasie.
Suggestie 1: organiseer uitwisseling tussen scholen
Hoe doe je dat? Houd het klein, bijvoorbeeld groepjes van 3 scholen die bij elkaar komen rond een inhoudelijk thema. Bijvoorbeeld formatieve evaluatie of ‘omgaan met verschillen’. Leraren van die scholen gaan bij elkaar in de klas om te zien hoe andere scholen hiermee werken.
Dat opent de ogen. Waarom? Hoe de collega’s in hun eigen school lesgeven kunnen ze tegen die tijd wel dromen. Maar een collega van een andere school bezoeken? Dat maakt nieuwsgierig.
Suggestie 2: ga samen op bezoek bij bedrijven
Wij gaan jaarlijks met zo’n 1.000 leerKRACHT leraren, schoolleiders en bestuurders op bezoek bij bedrijven en ziekenhuizen met een verbetercultuur. Dat inspireert over en weer. Zij vinden het fantastisch dat de scholen van hun kinderen ook zo gaan werken. Jullie doen ideeën op hoe het weer een beetje beter kan.
Hoe vind je die bedrijven? Bij echtgenoten, kinderen, neefjes, nichtjes, vaders en moeders van je leraren en schoolleiders. Daar zitten vast veel mensen tussen die in zulke bedrijven werken.
Tenslotte
Een cultuur van ‘elke dag samen een beetje beter’ is simpel te begrijpen, maar lastig te realiseren. Een paar jaar geleden zei iemand tegen me ‘Het is common sense, applied with discipline’.
Waarom doen we het dan niet allemaal?
Zo werken vergt overtuiging, rolmodellen, tijd en vaardigheid. Het vergt lef en doorzettingsvermogen. Maar het kan, er werken al honderden scholen op deze manier.
Hoe krijg jij dit voor elkaar binnen jouw organisatie?
Ga gewoon aan de slag met de tips uit deze blog en wat je zelf al hebt bedacht. Je kunt ook voor kiezen samen op te trekken met bestuurders, opleidingsmanagers en bovenschoolse directeuren die uit hetzelfde hout zijn gesneden als jij. Kom dan meedoen met het leerKRACHT-besturenprogramma.
Daarin gaan we elk jaar met een groep van zo?n 75 deelnemers op bezoek bij bedrijven zoals Bol.com, ABN AMRO, McKinsey, Albert Heijn en Wehkamp. We kijken op de werkvloer hoe zij dit doen en denken samen met hun senior-managers na over hoe je een verbetercultuur creëert.
In het begin van deze blog schreef ik ‘Deze blog is voor bestuurders die graag de handen uit de mouwen steken om het onderwijs op hun scholen beter te maken’. Ik hoop dat de 7 stappen in de blog je daar praktische handvatten biedt.
Veel succes!